Het hele werkwoord is 'bieden'. Het woord 'biedt' hoort bij de hoofdpersoon van het tweede deel van de zin (iemand). Net als bij 'hij loopt' wordt hier een t achter de ik-vorm gezet, waardoor dit woord eindigt op dt: bied + t = biedt.
Zie ook de pagina d of dt.

Het woord 'kristallen' schrijf je met een k en een i.
Zie ook de pagina onmiddellijk.

Het verkleinwoord 'flamingootjes' wordt met een dubbele klinker geschreven, zodat de lange o-klank aan het eind van 'flamingo' behouden blijft. Het maakt voor deze regel niet uit op welke lettergreep de klemtoon ligt.
Zie ook de pagina autootje en cd'tje.

Het woord 'jou' is hier persoonlijk voornaamwoord, vergelijkbaar met 'mij'.
Zie ook de pagina jou of jouw.